Hoe zit het precies? Bij bijna alle werkwoorden eindigt de vorm die in de tegenwoordige tijd bij hij, zij en het hoort (de 'derde persoon enkelvoud') op een t . Op de hoofdregel bestaan een paar uitzonderingen. Natuurlijk hij is, maar ook hij kan, zal, mag en wil. Kunnen, zullen en mogen hebben meer onregelmatige vormen in de tegenwoordige tijd. Hij wil / hij wilt Wat is juist: 'Hij wilt een huis kopen' of 'Hij wil een huis kopen'? Juist is: 'Hij wil een huis kopen.' Er komt dus geen t achter wil. Uitleg Achtergrond In het Standaardnederlands is alleen hij wil juist. Hij wilt geldt echt als een fout, ook al komt het vaak voor. Zij wil, zonder t, is de enige correcte variant. Op dit moment wordt "zij wilt" nog niet geaccepteerd als Standaardnederlands. Voorbeelden: Zij wilt of zij wil. Zij wil met haar vriendin op vakantie. Kun jij Sanne vragen wat zij voor haar verjaardag wil? Waarom wil zij een nieuwe baan?
Wat zij wil of wilt? Het werkwoord willen geven we in de derde persoon enkelvoud geen -t: zij wil, wil zij. De vorm zij wilt * (of wilt zij *) is niet correct. Verzoek tot verwijderen van bron | Bekijk volledig antwoord op vlaanderen.be Is het jij wilt of jij wil? Je wilt is de algemene vorm. Je wil mag ook, maar wordt gezien als informeler.
'Hij wil' of 'hij wilt'? Dan de volgende vraag: is het 'hij wil' of 'hij wilt'? Zoals je in het vervoegingsschema van 'willen' hebt kunnen zien, schrijf je in alle gevallen 'hij wil'. 'Hij wilt' bestaat niet. Je kunt dus niet zeggen: De minister-president wilt zijn mening geven. (fout)
Hij/zij wilt: fout! In zinnen als 'Hij wilt niet opgeven' en 'Zij wilt graag een nieuwe auto' geldt wilt als een flinke fout. 'Hij wil niet opgeven' en 'Zij wil graag een nieuwe auto' zijn juist.

Het werkwoord willen geven we in de derde persoon enkelvoud geen - t: zij wil, wil zij. De vorm zij wilt* (of wilt zij*) is niet correct. Bij de meeste werkwoorden bestaat de derde persoon enkelvoud van de tegenwoordige tijd uit de stam + de uitgang - t: hij vindt, hij racet, ze bevestigt, ze deletet, het hagelt, het sneeuwt.

zal gewild hebben. jij/u (je) zult gewild hebben. hij/zij/het. zal gewild hebben. wij (we) zullen gewild hebben. jullie. zullen gewild hebben. De vorm wil is eigenlijk vreemd in een zin als 'De klant wil kwaliteit', want in bijvoorbeeld 'De klant eist kwaliteit' en 'De klant verlangt kwaliteit' wordt er een t aan de stam van het werkwoord toegevoegd. Dat is de normale gang van zaken: na een derde persoon enkelvoud (hij, zij, het) in de tegenwoordige tijd bestaat de persoonsvorm uit stam plus t. OosKDP.
  • yo64n70ink.pages.dev/33
  • yo64n70ink.pages.dev/69
  • yo64n70ink.pages.dev/66
  • yo64n70ink.pages.dev/46
  • yo64n70ink.pages.dev/79
  • yo64n70ink.pages.dev/91
  • yo64n70ink.pages.dev/88
  • yo64n70ink.pages.dev/6
  • zij wilt of zij wil